Abram moet opnieuw op God vertrouwen. Dat is best lastig. Eerst had hij al zevenhonderd kilometer gelopen naar een nieuw land. Nu moet hij God vertrouwen dat God hem een kind gaat geven. Hoe weet Abram dat hij God echt kan vertrouwen? Wanneer is iemand trouwens te vertrouwen?
Duur:
10 minuten
Download:
Verdieping - Wanneer is iemand te vertrouwen?.pdf
Werkvorm:
Benodigdheden:
- vier woorden (zie download)
Vertel:
Abram moet opnieuw God vertrouwen. Dat is best lastig. Eerst had hij al zevenhonderd kilometer gelopen naar een nieuw land. Nu moet hij God vertrouwen dat God hem een kind gaat geven. Hoe weet Abram dat hij God echt kan vertrouwen? Wanneer is iemand trouwens te vertrouwen?
Opdracht:
De kinderen krijgen vier woorden te zien:
- leeftijd
- beroep
- praten
- daden.
Vraag:
- Leeftijd: Is iemand van vijftig jaar meer te vertrouwen dan iemand van acht jaar?
- Beroep: Wie in welk beroep kan je altijd vertrouwen? Wie kan je niet vertrouwen?
- Praten: Als iemand zegt dat hij/zij te vertrouwen is, is die persoon dan ook te vertrouwen?
- Daden: Wat moet iemand doen om te laten zien dat hij/ zij te vertrouwen is?
- Wie vertrouw jij?
- Waarom vertrouwt Abram God?
- Wat zou jij doen als jij Abram was? Waarom?